Hero heeft momentum. Naar verwachting groeit de bemiddelaar van zzp’ers in de ICT dit jaar met zo’n vijftig procent naar ongeveer 87 miljoen euro omzet. Oprichter en directeur Jeroen de Vries over onstuimig groeien met behoud van cultuur.
Door Guido de Kanter - foto Bas Bijman
Lees verder
Hero bemiddelt zzp’ers in de ICT en het streven is om binnen 48 uur drie kandidaten aan te bieden. Volgens het recept van de ‘perfecte match’: dus drie ICT’ers die inhoudelijk en qua cultuur goed passen bij wat de opdrachtgever nodig heeft. Bij de belofte van maatwerk hoort totale ontzorging. Zo neemt het West-Friese bedrijf desgewenst de facturering op zich en is het zelfs mogelijk een factuur binnen 24 uur door Hero te laten uitbetalen.
Deze servicegerichtheid draagt bij aan een formule die in trek is. Oprichter en directeur Jeroen de Vries geeft aan dat de omzet dit jaar groeit met ongeveer vijftig procent naar 87 miljoen euro. Vorig jaar is de marge volgens hem verdubbeld. “Maar groeien doet ook pijn. Niet het hele bedrijf houdt gelijke tred met de groei. We hebben steeds weer uitdagingen wat betreft de bezetting. Medewerkers snakken naar extra collega’s om het werk aan te kunnen. Maar als de nieuwelingen klaar zijn om te beginnen, is het volume alwéér gegroeid. Daarbij geeft een grote instroom druk op je bedrijfscultuur en identiteit. Daarom hebben we een intensief onboarding-programma om mensen zo snel, en vooral zo goed mogelijk te integreren in het bedrijf.”
Het streven is een netwerk van kloontjes van Hero die allemaal voldoen aan dezelfde standaard
Om de aanhoudende groei te combineren met behoud van cultuur en identiteit, laat De Vries zich inspireren door de ‘celstructuur’ van Eckart Wintzen. Het bedrijf gaat per 1 januari 2023 verder als vier afzonderlijke vestigingen of ‘cellen’. Met Wognum als hoofdvestiging, waar alleen de IT, opleidingen en bedrijfsbrede marketing gevestigd blijft. Het is de bedoeling dat de taken van het hoofdkantoor zo beperkt mogelijk blijven, vertelt De Vries: “De business gaat, in drie gelijke delen, naar de vestigingen. We willen aan het einde van het jaar zo’n tachtig medewerkers hebben, en die werken dan in Wognum. Elke cel start met twintig werknemers, het ‘DNA, uit de eerste vestiging. En die cellen worden geheel zelfstandig, inclusief een eigen backoffice. Als de cellen groter worden, kunnen zij op hun beurt weer delen en breiden we ons als een olievlek over het land uit. Zodat er een netwerk van ‘kloontjes van Hero’ ontstaat, die wel allemaal voldoen aan dezelfde standaarden.”
“Wij werken wel degelijk landelijk vanuit Wognum”, zegt De Vries desgevraagd. “Maar de cellen plant ik dichtbij huis. We hebben locaties gevonden in Alkmaar, Hoorn en Purmerend. Dat is dus bewust niet ver van onze eerste vestiging in West-Friesland. Eén van de voordelen die ik mijn medewerkers wil bieden, is dat ze hun baan dichtbij huis hebben.”
In Hero’s bedrijfscultuur ziet De Vries de basis voor het succes van zijn onderneming. “Het belangrijkste onderdeel van onze cultuur is eerlijkheid. Ik wil dat alles wat wij zeggen, of het nu tegen klanten is of tegen kandidaten, honderd procent waar is. Ik wil niet dat we een verhaal verzinnen of een rookgordijn ophangen. Dat hoort voor mij bij kwaliteit.” Het tweede belangrijke onderdeel is: fouten maken mag, maar je moet ze wel melden. “Je mag bij Hero niet meteen beginnen om zelf je fout op te lossen. Je moet je vinger opsteken. Je gaat dan dus even met de billen bloot en ja, dat is pijnlijk. Maar het voordeel is dat je het daarna kwijt bent. En samen kunnen we de beste oplossing zoeken. Bij deze regel hoort ook dat negatief commentaar op de fout taboe is.”
Het derde onderdeel betreft rechtstreeks communiceren. “Als je een probleem hebt met iemand, dan wil ik dat je hem of haar aanspreekt. Eigenlijk heb ik het liefste dat je er eerst een nachtje over slaapt. Dat relativeert vaak al. En als het je dan nog steeds niet lekker zit, ga dan een koffie drinken met diegene.” Deze cultuur van eerlijkheid, openheid en transparantie werpt vruchten af, vindt De Vries: “Je moet hier wel sterk in je schoenen staan. Maar ik voel veel vertrouwen binnen het bedrijf.”
In 1995 begon Jeroen de Vries op 16-jarige leeftijd PC’s te bouwen en te verkopen. Daarmee was zijn eerste bedrijf geboren. Zijn tweede bedrijf, gestart in 1998, was gericht op detacherings- en automatiseringsdiensten. Een paar jaar later ging deze onderneming ten onder, waarna De Vries even in loondienst ging. Om daarna weer een te beginnen en daarnaast in 2007 Hero op te richten. “De bemiddeling van professionals is altijd blijven trekken. Daarom keerde ik terug in de flexdiensten.” Hoger onderwijs heeft De Vries niet genoten. “Nog los van dat ik al een goed lopend bedrijf had toen ik van de havo af kwam, is het nooit mijn ambitie geweest om te gaan studeren. Kennis zonder praktische toepassing is niet mijn sterkste kant.”
Hero’s bedrijfscultuur weerspiegelt de persoonlijkheid van de oprichter en directeur, die een onbegrensde ambitie heeft. “Ik wil dat Hero het grootste, mooiste en beste bedrijf van Nederland wordt. Daarmee zeg ik niet het meest winstgevende en ook niet het meest kostenefficiënte bedrijf. Het gaat me ook niet puur om geld. Bijna alles wat we verdienen, investeer ik weer in de ontwikkeling van het bedrijf.”
Dat ‘grootste, mooiste, beste’ is eerder een richting dan een vastomlijnd plan, geeft De Vries toe: “Als ik de grootste flexorganisatie wil worden, moet ik Randstad voorbij. Ik weet niet of dat gaat lukken. De grootste worden in de recruitment-branche vind ik ook goed. Maar ik vind het niet erg om het niet te halen. Ik haal zoveel doelen niet.” De Vries roept het veelgebruikte beeld op van de voetreis naar Rome en zegt dan: “Is die een mislukking als we in Venetië uitkomen? Of we nu daadwerkelijk aankomen in Rome of stranden in de Alpen, het gaat erom dat we een prachtige reis maken. En misschien krijgen we er wel lol in en lopen we door naar Peking.”
Fouten maken mag, maar je moet ze wel melden. Dat is pijnlijk, maar daarna ben je het kwijt
De Vries ligt niet wakker van het gebrek aan vakmensen in de ICT. “Die krapte is er als sinds 2010, dus dat is geen nieuw geluid. Aan een opdrachtgever die een marktconforme prijs wil betalen, kunnen we altijd een kandidaat leveren. Tot op heden lukt ons dat nog altijd.” Aan het einde van het vraaggesprek noemt De Vries een factor die wel degelijk de groei van zijn bedrijf zou kunnen dwarsbomen: het conflict in Oekraïne.
De oorlog komt voor hem persoonlijk dichtbij. “Ik ben dertien jaar samen met mijn vrouw en zij is Oekraïense. Kiev was jarenlang onze happy place. De stad waar we naartoe gingen om onze zinnen verzetten. Nu is daar oorlog. Vrienden van ons zitten in de schuilkelder of vluchten. Mijn vrouw en ik hebben veel verschillende initiatieven op touw gezet om Oekraïeners te helpen. Zowel mensen die nog in het land zijn als vluchtelingen. Ik vind het moeilijk om het een plek te geven.”
Lees ook: Specialisten op de flexmarkt en de rol van neutrale msp's